donderdag 13 januari 2011

Het plan

Tijdens het ontbijt, op een dag in april 2001, laat ik voorzichtig vallen dat ik met de gedachte speel een 'lange' zeiltocht te willen gaan maken in het teken van IJzerstapeling. Vanwege de vooruitzichten voor wat betreft mijn gezondheid zou dit avontuur moeten beginnen eind 2002. Vreemd, maar mijn vrouw en dochters gingen niet gelijk op de stoelen staan van enthousiasme en donkere wolken pakken zich samen. Gelukkig kwamen er wel vragen zoals; hoe lang moet die tocht gaan worden? Waar haal je een boot vandaan, hoe kom je aan geld, waar leven wij van en meer van deze praktische zaken.

Mijn eerste ingeving was eigenlijk een beroep te doen op eigenaren van een zeiljacht, welke al min of meer klaar is voor de reis maar die door hen nooit ondernomen zal worden om wat voor reden dan ook. Deze schepen, en eigenaren, bestaan en ik ben er zeker van dat er ook eigenaren zijn die positief staan ten opzichte van dat idee. De moeilijkheid was alleen om in contact te komen met de juiste persoon. Omdat tijd vijand nummer één was proberen we in een kort offensief van alles. Watersportverenigingen aanschrijven, op de lokale- en regionale TV, watersportbladen bellen enz. Al één uur na de uitzending op de lokale TV krijg ik een belletje van een kennis. Arie jongen, neem mijn boot maar en als je moet verbouwen kun je bij mij in de loods terecht! Een pracht aanbod en we gaan snel naar het schip kijken. Helaas, een oude smalle knikspant die eigenlijk helemaal vertimmerd zou moeten worden. Een prachtig aanbod maar helaas kan ik er geen gebruik van maken: tijd! Wel is bewezen dat deze mensen er zijn.
De bemanning van de reddingboot in Harlingen komt met een revolutionair idee. 'Waarom probeer je geen oude reddingboot te krijgen/lenen/huren/kopen?' om je reis mee te maken? Ik begin te lachen maar ze zijn vreselijk serieus. 'Voormalig reddingbootschipper gaat met voormalige reddingboot de wereld rond'. Er passeren een aantal mogelijkheden de revue. We weten als redders dat er twee of drie havenreddingboten op het punt staan te worden afgevoerd van de sterkte. Thuisgekomen laat het idee me niet meer los en de volgende dag neem ik contact op met de directie van de KNRM. Spijkers met koppen slaan dus. Het 'onmogelijk' wordt niet meteen uitgesproken en ik vraag een bevriende ontwerper -scheepsarchitect een ontwerp te maken op basis van het reddingboottype 'Javazee'. We willen namelijk het schip summier aanpassen voor de reis door er een zeilplan op te zetten. Hij maakt drie prachtige tekeningen, een sloep- jonk en kottertuig. Het laatste spreekt mij het meest aan omdat dat het minst afbreuk doet aan het schip en op hele oude reddingboten kwam deze tuigage ook voor. Ook is een gaffeltuigage goed te bedienen en staat goed bij ruime wind. Het zou geen uitstekende zeiler worden maar als hulptuig in de passaatwinden zeer geschikt om grote afstanden te helpen overbruggen. Na een aantal kleine ingrepen aan dubbele bodem/ballasttanks zou er 10 à 12 ton gasolie mee kunnen en omdat die ombouw al een keer gedaan is met een zusterschip welke werd omgebouwd tot sleepboot, mag ik gebruik maken van de toen opgedane kennis en tekeningen. Er volgen weken van overleg waarbij ik de tekeningen alvast gebruik om me te laten adviseren en sponsors te vinden. Met wat kleine aanpassingen kan het schip in korte tijd geschikt gemaakt worden. Het achterverblijf zou dan 'leefhol' worden. De motoren moeten worden teruggezet naar een economische speed van zeven knopen en de schroeven aangepast. De toezegging om deze ombouw uit te voeren wordt me gedaan. We vinden ook een sponsor die bevoorrading en logistiek wil doen van alle olieproducten tijdens de reis. Je hebt het dan al snel over 200 à 250 m3 gasolie. Ook staat deze sponsor borg voor technische ondersteuning voor de duur van de tocht. Dit was een hele belangrijke injectie van het gehele plan.  
Op het allerlaatste moment gaat er dan toch nog een streep door de rekening. Door uitgestelde opleveringen van twee nieuwe schepen voor de KNRM is het beoogde schip nog operationeel op de datum dat ik wil vertrekken. Natuurlijk begrijp ik dat je geen operationeel  reddingsschip aan de sterkte kan - en mag - onttrekken maar dit komt aan als een mokerslag. Met name de tijd die dit deel van het project inmiddels had gekost was nauwelijks nog in te lopen. Omdat ik er in mijn achterhoofd toch wel wat rekening mee had gehouden dat deze tegenslag kon gebeuren wist ik ook een zeilschip te koop dat degelijk, betaalbaar en snel beschikbaar was. Een sponsor vroeg mij het schip te bekijken en een aankoopkeuring uit te laten voeren. Toen bleek dat het geen 'kat in de zak' was werd het schip gekocht en mij voor de duur van de reis ter beschikking gesteld. Dolgelukkig dat er nu werkelijk een schip was gingen we met frisse moed verder. Wel was ik de hoofdsponsor kwijt want een zeilboot was niet interessant voor deze 'olieboer'.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten